Skip to main content

Blog: Als een duveltje uit een boxje

Vanaf 2001 kennen we in Nederland het boxen-systeem. Wie vermogen heeft betaalt inkomstenbelasting in box 3. Tegen een wettelijk vastgesteld vast tarief: de vermogensrendementsheffing. Bij invoering stond box 3 ook wel bekend als de “pretbox”. Het wettelijke rendement was namelijk 4%. En je moest wel een hele grote kneus zijn wilde je dat rendement niet kunnen halen. 

Dat feest heeft niet heel lang geduurd. De spaarrente is sindsdien eigenlijk alleen maar gedaald – een paar korte oplevingen daargelaten. Uiteindelijk is de spaarrente zelfs negatief geworden.

Spaarders ergeren zich daarom al jaren aan de heffing in box 3. Het is de laatste jaren geen uitzondering dat hun volledige rendement op gaat aan belasting. Of erger, dat moet worden ingeteerd op het spaargeld om überhaupt belasting te kunnen betalen.

Er wordt dan ook al jaren geprocedeerd tegen box 3. Zonder succes. De protesterende belastingplichtigen kregen geen belasting terug. Wél werd de rechter steeds strenger tegen de wetgever. Simpel gezegd gebood de rechter de wetgever snel werk te maken van de aanpassing van de – ook in ogen van de rechter – onrechtvaardige heffing in box 3.

Tot 24 december 2021. Toen werd het de Hoge Raad blijkbaar echt te veel. De Hoge Raad oordeelde dat de box 3-heffing vanaf 2017 in strijd is met het ongestoord genot van eigendom en het discriminatieverbod in het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens. U leest het goed: box 3 schendt mensenrechten! 

En dat is niet alles. De Raad gaat een stap verder, wacht niet langer tot de wetgever actie onderneemt, maar doet dat zelf. De Hoge Raad bepaalt dat de aanslag moet worden verminderd op basis van het werkelijke rendement. De aanslag wordt met duizenden euro’s verlaagd! 

Dat is een grote verrassing. De rechter verwijt de wetgever dat zijn wet niet deugt en past die daarom ter plekke aan met een zelfverzonnen regel!
Hiermee doorbreekt de Hoge Raad de “Trias Politica”: het systeem van een gescheiden wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende macht. Dat is zelden vertoond.

En nu?
De uitspraak zadelt de belastingdienst op met een enorme klus. Alle aanslagen waartegen bezwaar is gemaakt moeten met inachtneming van de uitspraak worden aangepast. Daarnaast zal de belastingdienst worden bedolven onder nieuwe bezwaarschriften. Maar hoe dat aanpassen precies moet? “Werkelijk rendement” is geen wettelijk gedefinieerde term.

Het kan bijna niet anders dan dat de regering een algemene rekenregel verzint die recht doet aan de geest van het arrest, zonder dat voor elke individuele aanslag het werkelijke rendement moet worden berekend. Ik wens de betreffende ambtenaren daarbij oprecht heel veel sterkte en wijsheid toe!

Drs. Jeroen de Vos  
MRVO Accountants Belastingadviseurs  
T 010-426 19 56  
EDit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.